banner header03

IGJ: ‘te weinig aandacht voor controle op financiële relaties tussen artsen en leveranciers medische hulpmiddelen’

Binnen vier topklinische ziekenhuizen is er te weinig aandacht geweest voor de financiële relaties tussen artsen en leveranciers van medische hulpmiddelen. Dat concludeert de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) na bezoeken aan deze ziekenhuizen. Zo bleek er onvoldoende inzicht en openheid over geldstromen tussen leveranciers en artsen. Daarnaast ontbreekt het vaak aan een duidelijke verantwoording van de bestedingen. Zowel de artsen als de raden van bestuur van ziekenhuizen bleken onvoldoende bekend met de wet- en regelgeving en de gedragscode over dit onderwerp.

Het programma Nieuwsuur publiceerde in september vorig jaar dat cardiologen mogelijk betalingen zouden ontvangen die niet volgens de regels waren. De IGJ heeft daarop de negen in het programma genoemde ziekenhuizen schriftelijk vragen gesteld. Vervolgens bezocht de inspectie als steekproef het HagaZiekenhuis in Den Haag, Medisch Spectrum Twente in Enschede, Canisius-Wilhelmina ziekenhuis in Nijmegen en het Albert Schweitzer Ziekenhuis in Dordrecht.

De inspectie sprak in elk ziekenhuis met de raad van bestuur en met het bestuur van het Medisch Specialistisch Bedrijf, met de focus op cardiologie. Daarnaast werden afgesloten contracten met leveranciers en financiële documenten geanalyseerd. Ook is gekeken hoe er voor gezorgd wordt dat de regels en de gedragscode worden nageleefd.

Te weinig controles

Bij alle bezochte ziekenhuizen bleek dat er niet voldoende aandacht was voor dit onderwerp, er bleek te weinig intern inzicht en controles om te kunnen voldoen aan de wettelijke eisen en de gedragscode. Zo was onduidelijk hoe ontvangen sponsorgelden werden besteed, of ontbraken begrotingen voor de bestedingen. Daarnaast bleek dat zowel bestuurders als artsen onvoldoende op de hoogte waren van de wet- en regelgeving en van de Gedragscode Medische Hulpmiddelen (GMH). De inspectie is tijdens dit toezicht geen bestedingen tegengekomen die een risico vormen voor de kwaliteit van zorg.

De vier ziekenhuizen zijn hierna intensief aan de slag gegaan met verbeteringen. De IGJ wil dit najaar een rapportage van hen ontvangen wat er veranderd is. De komende periode gaat de inspectie meer ziekenhuizen over gunstbetoon bezoeken. Daarbij wordt naast cardiologie ook gekeken naar de financiële overeenkomsten van andere medisch specialismen. Verder heeft de IGJ onderzoek gedaan bij fabrikanten van medische hulpmiddelen. Deze resultaten worden binnenkort gepubliceerd.

Literatuuronderzoek

Ook heeft de IGJ aan Nivel opdracht gegeven voor een literatuuronderzoek naar gunstbetoon. Uit dat literatuuronderzoek blijkt dat in Nederland en Europa een breder en wetenschappelijk inzicht in het bestaan van deze financiële relaties op dit gebied ontbreekt. Studies uit de Verenigde Staten laten zien dat fFabrikanten van medische hulpmiddelen in dat land veel geld betalen aan individuele artsen. Volgens enkele studies overstijgen de totale betalingen aan artsen door de hulpmiddelenindustrie zelfs die van de farmaceutische industrie. Wat opvalt zijn de hoge betalingen van de hulpmiddelen industrie in de vorm van royalty's, licenties en eigendoms- en investeringsbelangen, aldus Nivel.

Uit de Amerikaanse studies blijkt dat daar sommige specialismen vele en hoge betalingen ontvangen vanuit de hulpmiddelenindustrie, terwijl andere – vaak niet-chirurgische – specialismen veel minder en lagere betalingen ontvangen. Er is ook grote ongelijkheid binnen de specialismen. Een kleine groep ontvangt de bulk van het geld. Een groot deel ontvangt daarentegen geen of slechts geringe betalingen.

Overigens verandert er per 1 januari 2024 het een en ander in de Gedragscode Medische Hulpmiddelen (GMH Code). Hier vindt u de belangrijkste wijzigingen.

FMed heeft een sponsorovereenkomst voor door derden georganiseerde evenementen opgesteld. Deze is hier te downloaden.

Bron: Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en Nivel